Prinsjesdag 2024 en Belastingplan 2025

De derde dinsdag van september staat, zoals elk jaar, in het teken van de belastingplannen van het kabinet voor het komende jaar. In deze update zetten wij de belangrijkste wijzigingen voor jou op een duidelijke en toegankelijke manier op een rij.

In het kort kunnen de intenties van de plannen als volgt worden samengevat:

  • Het kabinet streeft ernaar de overheidsfinanciën onder controle te houden, middeninkomens en kwetsbare groepen te ondersteunen, en een goed vestigingsklimaat voor ondernemers te bieden.
  • Nederlandse huishoudens gaan er gemiddeld gezien in koopkracht 0,7% op vooruit.
  • Met de introductie van een extra belastingschijf in box 1 wil de regering werken aantrekkelijker maken.
  • Door middel van verschillende maatregelen wordt de regeldruk voor bedrijven verlaagd, zodat ondernemers kunnen blijven doen wat ze het beste doen: ondernemen.

Een hoop maatregelen zien toe op beperkte verschuivingen in de belastingheffing. Her en der een frummeltje inkomstenbelasting eraf en op andere gebieden juist weer een lichte verzwaring. Per saldo hebben de plannen voor de koopkrachtplaatjes hele beperkte impact.

Maar er zijn wel een aantal opvallende zaken te melden. Voor jou pikken we een aantal specifieke onderdelen uit de plannen, waarvan we vinden dat deze wat extra aandacht behoeven.

Belasting in Box 3: rechtsherstel

Het kabinet heeft een beperkt aantal aanpassingen voorgesteld voor het huidige stelsel, welke per saldo relatief weinig impact hebben. Zo wordt bijvoorbeeld de vrijstelling licht verhoogd van € 57.000 naar € 57.684 voor het jaar 2025. Het tarief in box 3 blijft gelijk op 36%.

Maar de concept wetgeving voor rechtsherstel box 3 biedt potentieel aantrekkelijke mogelijkheden. Dit rechtsherstel is nodig door een recente uitspraak van de Hoge Raad, waarmee de systematiek van de belastingheffing in box 3 onder druk staat.

Doelstelling is om de gewijzigde wetgeving in te laten gaan per 01 juni 2025 waarmee alle belastingplichtigen de mogelijkheid hebben om gebruik te maken van de tegenbewijsregeling over de belastingjaren 2021 en later. Via een opgaaf werkelijk rendement formulier (OWR) kan een verzoek worden ingediend om op basis van het werkelijke rendement een ambtshalve vermindering van de heffing in box 3 door te voeren. Met name over de wat zwakkere beursjaren, zoals het jaar 2022, kan dit een behoorlijk effect hebben!

Binnen 5 jaar moet er een verzoek tot ambtshalve vermindering worden ingediend. Het indienen van het OWR geldt als zo’n verzoek en de verwachting is dat dit formulier medio voorjaar 2025 beschikbaar kan komen.

Tip van MasterPlanning:

Laat onderzoeken of deze regeling voor jou voordelen kan bieden, met name als je in het jaar 2022 een negatief rendement op jouw beleggingen hebt gerealiseerd. Houd wel in de gaten dat dit onderzoek ook geld kost en dat er per saldo ‘winst’ te behalen moet zijn!

De woningmarkt: starters krijgen meer kansen

Het kabinet heeft aangekondigd dat zij 100.000 woningen per jaar willen bouwen. Nu hebben we deze ambitieuze doelstelling al in eerdere jaren voorbij zien komen en de resultaten zijn er niet. Nieuw is dat er een Woontop is aangekondigd, waarbij meerdere stakeholders (denk hierbij aan onder andere pensioenfondsen) de krachten willen bundelen. Zij willen vooral investeren in het realiseren van betaalbare woningen met een duidelijke focus op starters en ouderen.

Starters betalen geen overdrachtsbelasting als zij voldoen aan de gestelde voorwaarden. Eén van die voorwaarden is dat er sprake moet zijn een koopsom van de woning niet hoger dan € 525.000. Deze woningwaardegrens is ingaande 01-01-2025 verruimd en ligt wat hoger dan momenteel het geval is.

Ook mag een starter niet eerder gebruik hebben gemaakt van de vrijstelling. In het geval 2 personen gezamenlijk een woning aankopen, dan wordt per persoon beoordeeld of sprake is van een vrijstelling. Deze maatregel moet starters net dat extra zetje kunnen geven om de woningmarkt te betreden.

Kopers die eerst of alleen het economische eigendom verkrijgen (dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij een nalatenschap) betalen niet meer het algemene hogere tarief van 10,4% aan overdrachtsbelasting. Zij betalen per 01-01-2025 hetzelfde percentage als kopers die direct het volledige eigendom verkrijgen, ofwel 2%. Een wijziging die een onbedoeld nadeel herstelt voor sommige woningkopers.

Beleggers die een woning niet als hoofdverblijf gebruiken, blijven het algemene tarief van 10,4% betalen in 2025. Doel is wel om dit tarief per 2026 te verlagen naar 8%.

De eenmalige verhoogde schenkingsvrijstelling voor de eigen woning is afgeschaft sinds 01-01-2024. De spreidingsmogelijkheid is al een jaar eerder afgeschaft; dit betekent dat een schenking die gedaan is in 2023 uiterlijk in het jaar 2025 besteed moet zijn.

De eigen woning blijft vooralsnog in box 1 en de regels rondom hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait (o.a. de Wet Hillen) blijven onveranderd deze regeerperiode. Dit blijkt uit het regeerakkoord.

Tip van MasterPlanning:

Wil je jouw kinderen helpen bij de aankoop van een eigen woning? Dan zijn er nog steeds aantrekkelijke mogelijkheden beschikbaar, denk aan schenken en lenen. De combinatie van beide blijkt in de praktijk uitstekend te werken en biedt jonge kopers meer kans op de aankoop van een passende woning!

Pensioen en lijfrente

Het nieuwe kabinet zal geen maatregelen voorstellen om de Wet toekomst pensioenen (Wtp) aan te passen, wat naar de mening van meerdere belangenorganisaties teleurstellend is. De Wtp wordt gezien als bijzonder complex en de invoering hiervan zal naar verwachting voor veel onduidelijkheden zorgen. Het nieuwe pensioenstelsel en zware beroepen worden niet genoemd in het Regeerakkoord.

Halvering aantal werknemers zonder pensioenopbouw tegen 2028

Het kabinet wil het aantal werknemers zonder pensioenopbouw in 2028 halveren. In 2019 hadden 936.000 werknemers geen pensioenopbouw. In 2022 was dit aantal al gedaald tot 765.000. Samen met de pensioensector werkt het kabinet aan verdere daling. Initiatieven zoals het Aanvalsplan Witte vlek spelen hierbij een rol.

Naast het grote aantal werknemers zonder pensioenopbouw, zijn er aanzienlijke aantallen met een matige pensioenopbouw. En onder de groep zelfstandigen (ZZP-ers en MKB-ers) is een ernstig gebrek aan pensioenbewustzijn. In algemene zin stelt het kabinet dat er te weinig aandacht is voor de individuele opbouw van een adequate oudedagsvoorziening.

Tip van MasterPlanning:

Zorg zelf goed voor jezelf. Aan de hand van een overzichtelijke pensioenplanning bieden wij inzicht in jouw eigen pensioeninkomen. En we helpen je graag met het opzetten van een eigen individuele pensioenspaarpot, zodat je je over de oudedag geen zorgen hoeft te maken!

De DGA en zijn BV

Voor de ondernemer (DGA) zijn een aantal maatregelen aangekondigd, die op onderdelen ingrijpende impact kunnen hebben. Zo kan je denken aan de Wet Excessief lenen.

De Wet excessief lenen bij eigen vennootschap is in werking getreden sinds 1 januari 2023 en regelt kort gezegd dat ingeval een aanmerkelijkbelanghouder meer dan € 500.000,- (maximumbedrag) leent van de eigen vennootschap, het bovenmatige deel wordt belast als fictief regulier voordeel in box 2. Het kabinet wil enkele bepalingen aanpassen in het kader van excessief lenen bij de eigen vennootschap vanwege onbedoelde effecten.

Een van die regels is een hardheidsclausule, die specifiek bedoeld is om onbedoelde dubbele belastingheffingen te voorkomen bij personenvennootschappen (zoals een maatschap of VOF). Door deze clausule wordt geregeld dat wanneer bepaalde situaties zich voordoen (bijvoorbeeld als meerdere aandeelhouders betrokken zijn bij dezelfde lening), er geen dubbele belastingheffing plaatsvindt.

Het kabinet wil met een aantal maatregelen komen die de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en doorschuifregeling (DSR) eenvoudiger en robuuster maken.

Een bedrijfsoverdracht is een belangrijk moment in het bestaan van ondernemingen. Zeker bij familiebedrijven betreft het vaak een overdracht van de onderneming (al dan niet in een bv) van de ouders naar de kinderen. De bedrijfsopvolgingsregeling in de schenk- en erfbelasting (BOR) en de doorschuifregeling aanmerkelijk belang in de inkomstenbelasting (DSR ab) hebben als doel te voorkomen dat de continuïteit van de onderneming in gevaar komt als gevolg van de te betalen belasting bij reële bedrijfsoverdrachten.

Deze regelingen zorgen voor een lagere schenk- of erfbelasting en voor uitstel van inkomstenbelasting. Met de maatregelen wordt vooral de BOR beter uitvoerbaar. En wordt het moeilijker om de regelingen te misbruiken.

Tip van MasterPlanning:

Bekijk samen met jouw accountant of schulden bij de eigen BV in tranches afgelost kunnen worden middels dividenduitkeringen. Zo maak je wellicht maximaal gebruik van de lagere tarieven. Eventuele herfinanciering bij een bank wordt ook weer een optie om te overwegen. Door de daling van de financieringsrentes kan dit een aantrekkelijke optie zijn!

Overige maatregelen

De salderingsregeling voor zonnepanelen stopt in 2027. Eigenaren van zonnepanelen krijgen nu nog de waarde van hun opgewekte stroom terug. Dit wordt ‘salderen’ genoemd. Vanaf 2027 verdwijnt deze regeling. Dat betekent dat eigenaren het volledige leveringstarief betalen voor stroomverbruik op het moment dat die niet zelf wordt opgewekt, en een redelijke vergoeding ontvangen voor stroom die wordt teruggeleverd op het moment dat de eigenaar die zelf niet gebruikt. Dit betekent minder voordeel op de energierekening.

Het kabinet wil dat er vanaf 1 januari 2025 weer een extra schijf in box 1 komt. Hiermee worden de belastingtarieven in box 1 weer wat progressiever. Het kabinet wil deze extra schijf om de correctie van de zorgpremie en huurtoeslag op te vangen. Door deze wijzigingen gaan de werkende middeninkomens erop vooruit. Om deze wijzigingen te financieren, verlaagt het kabinet de algemene heffingskorting.

Deinkomensafhankelijke combinatiekorting(IACK) wordt vanaf 1 januari 2027 in negen stappen afgebouwd, waardoor de IACK volledig is uitgefaseerd vanaf 1 januari 2035.

De afbouw geldt voor alle ouders die kinderen hebben die jonger zijn dan 12 jaar en die een inkomen hebben, waardoor ze recht hebben op de IACK. Door deze afbouw hebben ouders nog recht op de IACK als ze na 1 januari 2027 nog een kind krijgen. De ouders die voor 1 januari 2027 een kind krijgen, krijgen ook te maken met de afbouw.

Heb je vragen over jouw specifieke situatie? Neem dan contact met ons op zodat we je alle antwoorden kunnen geven!